3. Fysieke klachten door blootstelling aan lichaamstrillingen

Wanneer een medewerker gedurende een langere tijd wordt blootgesteld aan lichaamstrillingen kunnen op termijn gezondheidsklachten ontstaan, zoals lage rugklachten. Deze lichaamstrillingen ontstaan bijvoorbeeld door een ongelijke ondergrond, zoals stelconplaten, gaten of scheuren in een vloer of drempels. De trillingen worden via het weg-wielcontact en de stoel overgebracht op de chauffeur. Om duidelijkheid te krijgen over de mate van trillingen kan een meting uitgevoerd worden door een arbeidshygiënist.

 

3.1 Bronmaatregelen

 3.1.1     Zorg voor een egale ondergrond

Zorg dat de vloer zoveel mogelijk geëgaliseerd is, door gaten en scheuren te vullen en te zorgen voor egale overgangen. Een gecoate vloer is een goed voorbeeld van een effen vloer, waarbij lichaamstrillingen minder voorkomen.

3.1.2     Gebruik van transportmiddelen zonder bestuurder

Er zijn verschillende mogelijkheden om goederen te verplaatsen zonder dat een bestuurder plaats hoeft te nemen op het transportmiddel. Het kan gaan om automatisch gestuurde

voertuigen (AGV) of een traversewagen, maar ook om eenvoudiger transportmiddelen, zoals transportbanden of rollenbanen.

 

3.2 Collectief / technische maatregelen

 3.2.1     Zorg dat het transportmiddel technisch in goede staat is

Zorg dat het transportmiddel voldoende is onderhouden, waarbij extra aandacht is voor de staat van de stoel, de vering en de banden. Vervang deze onderdelen tijdig, zodat ze optimaal functioneren om trillingen te dempen. Het is van belang dat de stoel ergonomisch passend is bij de lichaamsverhoudingen van de gebruiker; plaats indien nodig een aangepaste stoel.

 3.2.2     Rijden met een passende, lage snelheid

Wanneer minder hard wordt gereden zullen er minder trillingen ontstaan. Dit is zeker van belang bij ongelijke of beschadigde vloeren. Op basis van de staat van de vloer kan middels een Risico-Inventarisatie en Evaluatie bepaald worden welke snelheid passend is. Eventuele maatregelen kunnen opgenomen worden in het verkeersplan.

 

3.3 Organisatorische maatregelen

 3.3.1     Verminder de duur van de blootstelling

Wanneer de eerder genoemde maatregelen de blootstelling aan lichaamstrillingen nog niet voldoende vermindert kan overwogen worden om medewerkers korter bloot te stellen aan de trillingen. Dit kan bijvoorbeeld door taakroulatie, waarbij de medewerkers taken op de heftruck afwisselen met administratieve- of productiegerelateerde taken.

 

3.4 Persoonlijke beschermingsmaatregelen

n.v.t.